Wanneer je met de wagen in de bergen rijdt, zijn er een aantal dingen anders dan wanneer je in ons – overwegend vlakke landje – onderweg bent. Om goed te rijden in de bergen is een kennis handig, maar verder geldt vooral: veel oefenen en rijden, dan gaat het steeds gemakkelijker. Om je alvast voor te bereiden op het rijden in de bergen, geven we in dit artikel een aantal handige tips en delen we een video waarin we het een en ander uitleggen over autorijden in de Alpen.
Rijden in de Alpen
Autorijden in de bergen is, wanneer je dat voor het eerst doet, altijd even wennen. Je wagen reageert anders wanneer er een flinke klim is te overbruggen en ook tijdens het afdalen zal je merken dat remmen heel anders is dan wanneer je op een vlakke weg rijdt. Daarnaast zijn sommige bergwegen erg smal en heb je rekening te houden met andere weggebruikers. Wanneer je meer met je wagen onderweg bent in de bergen, zal je merken dat het steeds gemakkelijker gaat.
#1. Weet hoe de hellingproef werkt
Wanneer je moet vertrekken, terwijl je auto op een helling staat, is het belangrijk dat je weet hoe je de hellingproef moet doen. Gelukkig hebben veel moderne auto’s inmiddels handige hulpmiddelen, waardoor je vaak niet meer naar achteren rijdt. Heeft jouw wagen dit niet, oefen dat voor de vakantie even in bijvoorbeeld een parkeergarage. Gebruik de handrem, geef gas en laat de koppeling rustig opkomen zonder te ‘slippen’. Wanneer je voelt dat de wagen wil wegrijden laat je de handrem rustig los en je rijdt zonder problemen omhoog.
#2. Maak voldoende toeren tijdens het klimmen
Wanneer je op de fiets een berg op moet rijden, lukt dit niet in een hoge versnelling en precies hetzelfde geldt voor de wagen. Om een berg op te komen, dient de auto toeren te maken en dit doe je in een lage versnelling. Vervolgens voldoende gas geven en omhoog rijden. Merk je dat de auto snelheid verliest, schakel dan terug naar een lagere versnelling, zodat je weer meer power krijgt.
#3. Geef stijgend verkeer voorrang
Wanneer je klimt, is het lastiger stilstaan en weer optrekken. Om deze reden heeft men in de bergen een extra verkeersregel: stijgend verkeer heeft voorrang. Rijd je naar beneden, stop dan op tijd om de ander voor te laten gaan. Een uitzondering hierop zijn (post)bussen, deze hebben altijd voorrang. Ook kan het verstandig zijn een grote vrachtwagen, zeker voor een haarspeldbocht, voorrang te geven.
#4. Rem op de motor
In principe kun je onthouden: dalen in dezelfde versnelling als waarin je geklommen bent. Op die manier remt de auto op de motor en voorkom je dat je remmen overbelast raken. Wel zal je tussendoor af en toe bij moeten remmen. Doe dit voldoende krachtig, zodat je voorkomt dat je de hele tijd je rem moet gebruiken en deze oververhit raakt.
#5. Schakel op tijd terug, vóór de haarspeldbocht
Zie je een haarspeldbocht aankomen, zorg er dan voor dat je voor je de bocht ingaat, in de juiste versnelling rijdt. Schakelen in de bocht kan ervoor zorgen dat je tijdens het dalen ineens te snel gaat en tijdens het klimmen te langzaam. Bovendien is het lastiger concentreren op de bocht wanneer je bezig bent met schakelen. Voor een automaat geldt dat je voldoende vaart geminderd hebt voor de haarspeldbocht.
#6. Zet de automaat op de bergversnelling
Veel automaten proberen automatisch op te schakelen, wat in de bergen vaak niet handig is. Tijdens het klimmen kun je hierdoor onvoldoende toeren maken om soepel omhoog te rijden en tijdens het dalen kun je ineens te snel gaan. Moderne automaten herkennen een bergweg of hebben een speciale berg- of sportversnelling. Andere automaten hebben de mogelijkheid om handmatig te schakelen wat erg handig kan zijn in de bergen.
#7. Vergis je niet in de langere remweg
Tijdens het dalen maak je ongemerkt steeds meer vaart. Je zult je rempedaal dus ook steviger moeten intrappen dan je gewend bent om daadwerkelijk voldoende vaart te minderen. Zeker wanneer de wagen ook nog eens vol beladen is met personen en/of bagage dien je rekening te houden met een veel langere remweg. Houd je snelheid tijdens het dalen altijd goed onder controle. Je wint het namelijk nooit van de zwaartekracht.
#8. Pas op voor gladde wegen
Het weer in de bergen kan enorm snel veranderen, waardoor je zomaar ineens in een heftige regenbui terecht kan komen. Zeker wanneer het lange tijd niet geregend heeft, kunnen bergwegen spekglad zijn. Niet fijn tijdens het stijgen of dalen, dus houdt daar rekening mee.
#9. Kijk goed uit met parkeren
Wil je de wagen ergens parkeren, kijk dan goed om je heen. Zet je de auto bijvoorbeeld onder een steile helling dan bestaat er kans dat er stenen naar beneden rollen: zonde als je hierdoor deuken in je mooie dak krijgt. Zorg er daarnaast voor dat wanneer je auto onverhoopt zou gaan rijden, deze altijd richting de berg rolt en zo tot stilstand komt. Dit kun je doen door je wielen in de juiste richting te draaien wanneer de auto stilstaat. Zet verder altijd je auto in de versnelling wanneer je deze parkeert en vergeet niet je handrem voldoende aan te trekken. Is het erg steil, dan kun je eventueel een grote steen achter je wielen leggen.
We hopen dat je wat hebt aan onze tips! Veel plezier en succes met het rijden in de bergen!